Weer net geen Big Grand Slam
Vandaag, donderdag 15 september 2011 ben ik uitgenodigd door de TrouthBuster. Dat is lang geleden dat we samen hebben gevist. Weet nu ook weer waarom. Vijf uur op is wel heel vroeg voor de BassBuster. Floris heeft daar natuurlijk geen problemen mee. Die moet elke dag al ‘s morgens vroeg de tomaten wakker schudden.
Dus heb de halve boot leeg gemaakt en in een tas gegooid en ben er helemaal klaar voor.
En om half zeven bij het licht worden staan we aan de helling bij Middelharnis. Zullen we eerst visjes vangen in de haven vraag ik aan Floris maar die is niet te houden. Nee is het korte antwoord we gaan eerst vissen en het gas gaat open naar de eerste stek direct naar het Spui. Zelfs de koffie met broodjes ei moeten wachten. Vrienden wij weten dat die al met Floris op pad zijn geweest. Niet te stoppen als het om vissen gaat. Heerlijk.
We gaan ankeren op onze stek maar voor we de eerste tikken krijgen duurt best wel lang. Eigenlijk willen we al gaan verkassen als ik heel ver over de stek heen een ram op m’n stok krijg die direct hoepeltje rond staat. Ik ben er wel even mee bezig want de vis neemt run na run plus dat ik nogal wat lijn heb uit staan. Eerst denken we aan een roofblei maar dan eindelijk zien we een kasteel van een baars.
En die mag gelijk op de foto netjes aan één haak gekaakt van de dreg wel net achter de rand zeg maar lip en deze zit dan muurvast.
Om eigenlijk de volgende worp, natuurlijk weer ver af laten drijven door de stroming van het tij zijn Oma te vangen van 48cm. Het gaat dus lekker aan deze kant van de boot.
Want op de Fox pak ik even later nog zo’n formaat. Ze zijn schitterend van kleur in de ochtendgloren.
Maar wat we hierna ook proberen we krijgen geen aanbeten meer terwijl we zeker weten dat ze er zijn. Af en toe een kolk, een rimpel in het water, een vogel die verschrikt weg vlucht, een vluchtend aasvisje springent over het water want die is spiegeltje glad, een vin boven water. We halen alles uit de kast van poppers, de TrouthBuster heeft nieuwe van Salmo met een magnitude beweging in zich heeft, bombarda met vliegen en straemers, de vliegenhengel wordt uit de tas getoverd maar we kunnen ze niet meer verlijden tot een aanbeet. We gaan verder het Spui op.
Waar we al driftend alles uitkammen op onze stekken maar niets kunnen vangen en tegen de middag krijg ik dan eindelijk op een Rapala Jointed een geweldige aanbeet vlak aan de kant langs een talud. En dat is een serieuze vis.
En zien we dat hij maar net is gehaakt. Wel heeft hij het kunstaas dwars gegrepen en heeft de plug ere tekens gekregen. Oppassen geblazen dus en uiterst voorzichtig drillen. Het is vandaag al een moeilijke visserij dus opperste concentratie. Deze moet op de foto en snoeken hebben we niet zo vaak als bijvangsten. Een schitterende vis rover eerste klas
Ben er natuurlijk reuze blij mee want het begon te lijken dat het weer een taai dagje vissen ging worden. En een snoek vangen op dat lichte materiaal is fantastisch. We probeerden immers een winde te vangen of misschien nog een roofblei te verschalken maar ik denk dat dat seizoen voorbij is voor onze vriend uit de Balkan, die roofblei dus. Erg vroeg dus dit jaar.
We zoeken alle plekjes op in het Spui om ze te vinden die windes want daar begint nu wel de tijd voor en die stekken zijn er in overvloed maar waar bivakkeren ze. Dan gaat de vliegenhengel van Floris hoepeltje rond. Twee keer onder de boot door en enkele runs naar het diepe. Zelfs de hengel gaat diep in het water bijna tot het handvat toe. Dan weten we dat we ze gevonden hebben. Floris heeft zijn winde waar hij al heel de dag op spint en gelijk een mooie ook. Wat een vechters zijn dat op dit materiaal maar natuurlijk geen schijn van kans bij de TroutBuster.
Beschrijving:
De winde (Leuciscus idus) is een zoetwatervis die tot de karperachtigen behoort. Hij wordt ook wel zilverwinde genoemd.
Deze vis kan tot wel 80 cm lang worden. Hij weegt dan 8 kg. Eigenlijk eet de winde alles wat voorhanden is, van waterplanten tot insectenlarven. Hij wordt aangetroffen in grote open plassen, rivieren en meren. Een verbinding met een rivier is noodzakelijk om een populatie in stand te houden.
Herkenning
Het oog van de winde is kleurloos, hij heeft relatief kleine schubjes (55-61 schubben langs de zijlijn. De andere voorns hebben allemaal minder schubben. De winde heeft een grote bek, maar niet zo groot als die van de kopvoorn. Grote exemplaren worden vaak wat bronskleurig, terwijl vissen tussen de 20 en 35 cm zilverkleurig zijn. De vinnen zijn rozerood. Oudere windes krijgen ook een steeds hogere en dikkere lichaamsbouw.De winde lijkt op de kopvoorn. Hij heeft een ronder lichaam, kleinere schubben en de anaalvin is holrond. In vergelijking met de blankvoorn is de winde hoger van bouw. En hij heeft een wat bredere rug. Ook heeft de winde een brede staartwortel.
Ecologische betekenis
De winde is voor zijn voortplanting aangewezen op stromend water, maar paait ook wel aan de oevers van het IJsselmeer. Aan het einde van de winter trekt de winde in grote scholen stroomopwaarts en kan daarbij over flinke afstanden trekken. Dit trekgedrag is uitgebreid onderzocht. Het trekgedrag verschilt zowel per individuele vis, als wel per locatie. Windes in de Elbe trokken verder en waren minder plaatstrouw dan windes in de Vecht. Sommige blijven steeds op dezelfde plaats, andere maken trektochten van meer dan 100 km tussen paaiplaats en overwinteringsgebied. Om te paaien zwemmen ze stroomopwaarts. Daar is ook het opgroeigebied van jonge windes. Door het onbereikbaar worden en het verdwijnen van geschikte paaigronden is de soort recentelijk in aantal afgenomen. Ook de gevoeligheid voor waterverontreiniging draagt daaraan bij.Windes hebben een relatief grote bek en eten vaak kleine witvis, daarom worden ze ook vaak met klein kunstaas aan de hengel gevangen. De keeltanden van de winde zijn erg sterk en scherp zodat ze stevig voedsel kunnen vermalen, net als de karper.
Natuurbeheer en wettelijke regels
De winde is afhankelijk van vistrappen voor het bereiken van de paaigronden. Aangezien veel paaigronden gedurende langere tijd voor de winde afgesloten waren, is het de vraag of ze nadat routes geopend zijn, de weg terug vinden. Zo blijkt uit onderzoek dat er stuwen in de Overijsselse Vecht zijn die maar eens in de drie tot vijf jaar passeerbaar zijn voor de winde. In de grote rivieren zijn windes de laatste decennia talrijk.De winde staat in de Visserijwet, er geldt een minimummaat van 30 cm en een gesloten tijd van 1 april tot 1 juni. Daarnaast staat de soort als ‘gevoelige soort’ op de rode lijst.
Waarnemingenkaart:
Ondersoorten
De goudwinde
De blauwe winde
De zilverwinde
Bron Internet Wikipedia
Maar ook hier kunnen we ze niet echt vinden en komen al driftend bij een mooi talud aan waar we nog even gaan vertkalen. Waar de TrouthBuster nog een mooie snoekaars weet te verschalken. Zouden we nu dan wel een Grand Slam vangen, alle rovers namelijk Snoek, baars, snoekbaars, winde maar die roofblei kunnen we niet vinden vandaag.
Het is toch nog moeilijk geweest vandaag en vele uren gemaakt met de pluggen en vliegen maar een roofblei zit er niet meer in denk ik.
Dan gebeurt het toch nog vlak aan de kant op een hot plek van Floris pak ik een hele mooie winde van 58cm. Een volle hoge vis die minstens tien jaar oud moet zijn. Een winde bereikt na 6 jaar een lengte van 30cm. Daarna groeit hij voorral in de hoogte en wordt voller van omvang.
En gek genoeg gooi ik mijn plug weer naar de kant toe vlak bij de stenen en direct wordt deze gegrepen zodra die het water raakt en pak ik nog een mooie winde. Zo eind van de dag maken deze vissen het kompleet. Lekker weer zeker na die wind van afgelopen dagen. Af en toe een zonnetje op je bol; en geen nattigheid van boven. Een heerlijke visdag dus
En de dagafsluiting kennen we onderhand natuurlijk wel… Heerlijk na een taaie visdag.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!