Patat dag dus…
Woensdag 15 juni 2011 gaan we er nog even in bij Stellendam binnen haven. Het zou windkracht 2 zijn met eind van de dag regen. Regen is niet erg, wind vinden we minder leuk natuurlijk. Maar Erik heeft me zo overgehaald.
Het is al 12.00 uur als we in Stellendam bij de helling aankomen. We zijn al vanaf vanmorgen vroeg de accu’s voor de elektromotor (36V) aan het verbeteren op onze manier dan weliswaar. Planplan natuurlijk. Floris aan de lijn, waar we blijven want op het Spui knallen de roofblijen door het wateroppervlak, de baarzen zijn los, het is feest… op onze vaste stekken natuurlijk. Ik ben de botenwagen aan het gereedmaken om de helling af te gaan en Erik heeft grote belangstelling voor een Belg die bezig is om er uit te gaan om wat te eten en later op de dag zijn geluk nogmaals te proberen want vis heeft hij nog niet gezien. Hij staat op Oostvoorne met zijn familie op een camping. Die is met een elektrische lier aan de gang dus ik wil daar wel een plaatje van maken als begin van dit verhaal. Maar mijn vistas met de vaste attributen die ik nodig heb is helemaal niet aanwezig. Staat nog thuis dus. Maar we kwamen in de auto er al achter dat Erik zijn portemonnee was vergeten en op de helling en nu missen we een vistas. Dat heb je als twee man de auto inladen. En zonder papieren, van de boot lukt misschien nog wel maar vispas, vaarbewijs gaat niet lukken bij Ome agent. Dus weer terug naar huis en staan we en klein 3 kwartier weer in de haven. Maar van vissen komt nog niets, Erik heeft trek gekregen en ik lust ook wel wat. Uiteindelijk gaan we om 13.00 uur dus trollend op weg richting Middelharnis met een broodje kroket voor Erik en ik een Patatje speciaal. Zonnetje op je bol wat wil je nog meer. Kromme stok natuurlijk maar dat is misschien voor later.
Trollend eerst langs de sluizen en dan richting Middelharnis houden we al gauw voor gezien. Al voor het gemaal ruim een uurtje later ruimen we de hengels op. We hebben geen tik gezien wel een enkele keer vuil als we te dicht langs het talud gaan. Zal nog erger worden de komende weken als de plantengroei echt vormen gaat aan nemen. Spannend is het wel natuurlijk als je hengel doorbuigt maar eigenlijk direct voel je het verschil wel of geen vis.
BeschrijvingDe roofblei (Aspius aspius) werd in 1984 voor het eerst in Nederland gevangen in de Roer. Inmiddels is hij bekend van tientallen locaties in Waal, IJssel en Rijn. Van oorsprong komt hij voor in Centraal- en Oost Europa. Hij heeft zijn areaal via een natuurlijke verspreiding (ondersteund door uitzettingen) in westelijke richting uitgebreid. Hij leeft vooral in de midden- en benedenloop van rivieren. Ook wordt hij aangetroffen in allerlei zijwateren en in meren.
De roofblei paait in april-mei bovenin grindbanken in stromend water. Ook eiafzet op ondergelopen grasland en op takken en waterplanten is bekend. Jonge roofblei eet aanvankelijk klein dierlijk- en plantaardig materiaal. Vanaf een lengte van 20 à 30 cm wordt het een viseter. Hij jaagt dan vaak in scholen. Hoe ouder hij wordt hoe meer solitair hij gaat leven.
In het oorspronkelijke leefgebied is de roofblei in aantal achteruitgegaan. Hij breidt zich sterk uit over Nederland sinds hij hier gevestigd is.. BeschermingDe soort wordt beschouwd als een exoot. Hij heeft in Nederland geen bijzondere wettelijke status. Sinds 2010 is hij opgenomen in de Visserijwet. Internationaal is de roofblei wel beschermd middels de Conventie van Bern (bijlage 3) en de Europese Habitatrichtlijn (bijlage 2)
Waarnemingenkaart:
We speren naar het Spui waar de TrouthBuster al ligt. Floris staat daar baarzen te trekken en allemaal mooie vissen. Hij heeft geankerd en kan zich net staande houden want de golfslag is dik een halve meter. Knap hoor om dan nog te kunnen werpen op zo’n stampende ondergrond. Wij die ook een drift meedoen maar ik gooi een pruik ( een kluwen lijn op de molen) en duurt even voordat ik die eruit heb houden hier hier voor gezien. We zijn op snoekbaars uit. Zal voor mij de eerste van het jaar zijn. Jawel, vanwege mijn arm uit de kom, visvakantie op Lombok en verbouwing in de winkel, zeebaarsen met de steurgarnaal is het wel even geleden dat ik vadertje glasoog achter de vodden zat en Erik wijst me da terecht op. Die willen we dus vangen. En ja hoor ik pak mijn snoekbaaars en gelijk een hele mooie en terwijl ik deze dril krijgt Erik er ook een natte scheet (gedoopt qua aanbeet) op. Net als ik zo’n zachte aanbeet maar lost hem want is meer met mijn vis bezig dan aanslaan en drillen. En raakt hem dus na een metertje meekomen kwijt.
Maar voordat ik goed en wel mijn dikke 60er heb onthaakt staat de lat van Erik alweer krom. We hebben ze dus gevonden.
Het is even werelds maar net zo snel afgelopen. Klein half uurtje feest maar we kunnen ze niet meer vinden. Het is inmiddels 17.00 uur en de BassMeister (Waldie) zal al wel zijn opgestapt in Middelharnis bij Floris met zijn TrouthBuster.
Die gaan we natuurlijk even opzoeken op hun favoriete stek. En als we daar aan komen is de wind aangewakkerd naar dik 4. Met van die witte koppen en golven van dik een halve meter. Het duurt steeds maar een kwartiertje tot dat de regenbui is over gewaaid maar wij houden het voor gezien. We gaan richting Hellevoetsluis.
En bij de werkhaven zie ik de vaste mensen daar op de wal en met onze gebarentaal want het waait veel te hard om dichter naar de kant te gaan weet ik dat het daar nog niet veel is. Moet er eerst wat meer water vallen. Het Haringvliet is hier veel te zout. Er is geen aasvis te bekennen. De brasem zwemt verdwaast rond langs de kanten, alleen de harder vind het best zo. Deze brakwatervis voelt zich hier als een vis in het jajajahaha.
Harders
De harders of harderachtigen vormen een orde, de Mugiliformes met maar één familie, de Mugilidae (volgens Fishbase). Harders komen voor in alle wereldzeeën, zowel in de tropische als gematigde klimaatgebieden. Ze verblijven voornamelijk voor in kustwater, ook in brak water, sommige soorten in zoet water (Liza abu alleen in zoet water en estuaria).
Ze hebben twee rugvinnen, één rugvin met meestal 4 stekels en een tweede vin met vinstralen en een buikvin met 5 vinstralen. De zijlijn nauwelijks zichtbaar (indien aanwezig). Harders worden hoogstens 90 cm lang. Ze verplaatsen zich in scholen en voeden zich met kleine wieren (zoals diatomeeën) en bodemorganismen.
En als we dan de binnenhaven van Stellendam binnen varen valt de wind. Gelukkig want als je nog een paar uurtjes wilt pakken vanuit je werk is dat natuurlijk fantastisch. De werkdruk van de BassMeister is eigenlijk veel te druk. Die ziet uit naar Florida met de TrouthBuster maar dat misschien voor later.
En als we dan de haven in varen wordt het weer mooi weer en kunnen we rondkijken. Zoals de nieuwe vissersboten die geen roer meer hebben maar waar de schroef 360 graden kan draaien. Dat zou ik wel eens van dichterbij willen bekijken. Foto’s maken met cusrsisten maar dat is wat voor later.
En ik denk dat de fotoboot (fotoboot@basbuster.nl) dus nog niet eens zo’n gek idee is, in de Eurogeul onder de tankers door varen die daar voor anker liggen op een goede prijs wachtende voor hun inhoud (de olie) met enkele fotografen in spé, dan is zo’n boot wel erg groot kan ik je vertellen, mooi in zwart/wit, voor de natuurgebieden vanaf het water je plaatje schieten, wat doe je met je sluitertijd nu je aan board bent, heeft dat invloed op je diafragma, en wat doet dat met je scherpte diepte. Allemaal weetjes om uit te leggen. Maar de dieren blijven gewoon zitten want die zij dit niet gewend, geen gevaar dus en je kan ze van dichtbij op de gevoelige sensor zetten, zeilboten op het Haringvliet van onderaf met een groothoeklens met opspattend water, het zit allemaal nog in de pen zal ik maar zeggen.
En als dan alles weer op de kant staat smaakt zo’n patatje formidabel bij pataje Stelle. Wat wil een mens nog meer.
Reactie’s
leuk verhaal freekie! en ja je moet cursisten meenemen!! kus dorien
Hee vent,
Je ziet gewoon dat je weer Inspiratie hebt gekregen door je nieuwe visboot marifoonbewijs.
Goed van je dat je hebt doorgezet.
Ik ben bij voor je.
John
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!